Onlangs heb ik, samen met medevrijwilligers, een VTPZ-training bijgewoond. Het thema was Werken vanuit ‘de Bedoeling’. Nu hebben we allemaal, neem ik aan, de beste intenties en weten we wat de bedoeling is van ons werk. Toch was het verfrissend en leerzaam om daar met elkaar weer eens naar te kijken, samen met onze voortreffelijke trainster Pauline. Want naast onze intentie hebben we te maken met regels en voorschriften.
Bijzonder om te ontdekken hoe we toch allemaal geregeld in conflict komen met de regels ten opzichte van de bedoeling. Misschien is het leuk om een voorbeeld te noemen: zoals veel mensen wellicht weten, en anders is het bij deze opgebiecht, koken is niet echt ‘mijn ding’, om het maar een beetje populair te zeggen. Ik kan het wel, mijn kinderen zijn nooit ondervoed geweest of van de honger omgekomen, maar of het nou lekker is wat ik klaarmaak, dat is een ander verhaal. Voor mij dus een dilemma in het hospice; draai ik wel of niet een kookdienst. In eerste instantie heb ik me angstvallig aan die diensten vastgehouden waarin ik niet hoefde te koken. Een lunch klaarmaken, een kopje soep opwarmen of een ontbijtje regelen met een gekookt ei, dat lukt me nog wel. Alhoewel ik ook wel eens een ei heb teruggekregen van een gastbewoner: niet te eten, veel te zacht!
Maar soms is het moeilijk om de dienst in te vullen die je het liefst draait. En omdat ik toch regelmatig mijn bijdrage wil leveren, rooster ik me ook wel in voor de dienst van drie tot zeven. Ik heb er echter een oplossing voor gevonden; ik deel mijzelf in met iemand die graag kookt. En meestal zijn dat ook vrijwilligers die iets lekkers op tafel zetten! Goede oplossing voor mij, maar zeker voor de gastbewoners, want die krijgen meestal een voortreffelijk maal voorgeschoteld. Mijn taak, vind ik dan, is om daarna de boel op te ruimen. Wat ik met liefde doe, want opruimen kan ik dan weer wel goed (denk ik).
LEES HIERONDER VERDER (vervolg op inleiding in Antenne Flits maart 2024)
Nu is het me al een paar keer overkomen dat mijn collega-vrijwilliger heel enthousiast met een voorgekookte of voorbereide maaltijd binnenkwam. Lekker, daar hoefde ik me dan niet meer druk over te maken of schuldig over te voelen! Want dat ik me er schuldig over voel dat ik liever niet kook, blijft wel bij me spelen. Maar welk mens is zonder een of ander schuldgevoel? Als hij of zij bestaat, hoor ik het graag! Dit terzijde.
De voorbereide maaltijd dus. Ik vond het een mooi plan. Geen boodschappen doen. Geen overleg met de gastbewoners: de een wil dit, de ander dat. Efficiënt dus. Helaas, in dat laatste steekt een angeltje. Want het is natuurlijk fijn als iemand zo graag kookt en thuis enthousiast aan de slag is gegaan, maar je weet niet of het in de smaak valt bij de mensen in ons huis. Sommigen hebben een allergie, of lusten niet alles. Soms is er een voorkeur net op die dag dat er iets anders gekookt wordt. En dan …?
Natuurlijk zijn er mensen die van tevoren informeren wat men graag wil eten en wat er in de dagen ervoor is gekookt. En dan lijkt het me geen probleem. Maar als je net een heerlijke lasagne met kaas hebt klaargemaakt en een gastbewoner geeft aan niet van kaas te houden, of als er aangegeven wordt, dat men net die dag zin heeft in een kopje soep met een broodje kroket, dan sta je daar met je schoteltje liefde! Dat is voor iedereen frustrerend. Voor degene die gekookt heeft, voor de gastbewoner die zichzelf misschien wel lastig vindt en zelfs voor mij die dus nooit een redelijke maaltijd op tafel zet!
Wat is hier de regel en wat de bedoeling? De vrijwilliger die kookt, wil een lekkere maaltijd klaarmaken voor de gastbewoners. Hij of zij steekt er thuis alle tijd in om het zo smakelijk mogelijk te maken. Bovendien is het wellicht handig dat er dan geen boodschappen hoeven te worden gedaan. De bedoeling is goed, heel goed zelfs! Maar de regel is, dat we bij onze bewoners te rade gaan wat ze willen eten. Wat vinden ze die dag lekker? Wat lusten ze wel of niet? Zonder overleg van tevoren, ook met je medevrijwilliger (misschien wil die ook wel koken die dag), ga je dus voorbij aan de regel, maar ook aan de bedoeling, alle goedbedoelde redenen ten spijt. Kijk, zoals gezegd, mij hoor je niet klagen als het eten al is klaargemaakt, maar de bedoeling is dat er van tevoren even overlegd wordt.
Dit is maar één voorbeeld dat we tegenkwamen op de training. Heel leerzaam om zo bij jezelf te rade te gaan: wat is de regel, wat is de bedoeling en hoe verenig je die op een manier zodat het positief uitpakt voor onze gastbewoners? Want dat is tenslotte de bedoeling!
Marian Kleijn-Kan, Hospice De Schelp, Krommenie